Roald Amundsen - De verovering
van de Zuidpool 1910-1912
|
Uitgever: Hollandia reisverhalen,
Baarn
Verschijningsdatum: 1989
Aantal blz.: 173
ISBN: 90 6410 008 X
Inleiding door Boudewijn Büch
terug naar literatuurlijst |
|
De achterflap:
Alle spannende, avontuurlijke en fatale gebeurtenissen
uit het tijdperk van de ontdekkingsreizigers vallen in het
niet bij de dramatiek en de menselijke tragiek van de exploratie
van Antarctica: de ongeëvenaarde wedloop tussen de
Noor Roald Amundsen en de Engelsman Robert F. Scott naar
de zuidpool.
Amundsen wilde oorspronkelijk met de Fram van
Fridtjof Nansen een ontdekkingsreis naar de noordelijke
IJszee ondernemen, die zijn hoogtepunt moest bereiken in
de 'verovering' van de noordpool. Toen de Amerikaan Robert
F. Peary hem in 1909 vóór was, gaf hij het
plan op. Om alsnog roem te vergaren besluit hij nu in het
geheim naar de zuidpool te varen, een ontdekkingsreis die
Scott sinds enkele jaren voorbereidt. Scott, wiens schip
op 15 juni 1910 vanuit Cardiff in zee steekt, is niet op
de hoogte van het feit dat Amundsen zijn plannen heeft gewijzigd
en maakt daarom geen haast. Op 9 augustus verlaat de Fram
de haven van Kristiansand in het zuiden van Noorwegen en
zet koers naar de Atlantische Oceaan. De wedloop is begonnen.
Als Amundsen onderweg is, informeert hij zijn geldschieters
en ook Scott over zijn werkelijke doel. Scott zet op 5 januari
1911 bij de vulkaan Erebus voet op antarctisch grondgebied.
Negen dagen later gaat Amundsen aan land in de Walvisbaai,
ongeveer 65 km van Scott verwijderd en slaat er zijn winterkamp
'Framheim' op. Beide expedities treffen tijdens de overwintering
de noodzakelijke voorbereidingen en wachten op de lente.
Ongeduldig vertrekt Amundsen op 8 september, maar moet korte
tijd later terugkeren - het is nog te vroeg. Op 20 oktober
begint hij definitief met vier metgezellen, vier sleden
en 42 honden aan de 1500 km lange tocht over sneeuw en ijs
naar de zuidpool. Scott vertrekt op 1 november.
Op 14 december bereikt Amundsen de zuidpool, ongeveer een
maand eerder dan Scott. De Engelsman komt pas op 17 januari
1912 bij de zuidpool aan. En terwijl deze moedeloos en uitgeput
het basiskamp probeert te bereiken, komen Amundsen en zijn
mannen op 26 januari behouden in Framheim aan. Vier dagen
later zijn zij weer aan boord van de Fram en onderweg
naar Tasmanië, waar zij op 7 maart de haven van Hobart
binnenlopen en de wereld in kennis stellen van hun overwinning.
Op 20 maart wordt de thuisreis voortgezet.
Intussen bezegelt in Antarctica een verschrikkelijke sneeuwstorm
die negen dagen voortduurt, de ondergang van Scott en zijn
laatste metgezellen. Pas in februari 1913 verneemt de wereld
het tragische lot van de Engelsen.
Op dat tijdstip is Amundsens verslag van de expeditie reeds
in verschillende talen verkrijgbaar. De Duitse editie is
in 1912 in twee delen verschenen. In dit boek zijn de meest
interessante hoofdstukken opgenomen: het voorwoord van Fridtjof
Nansen, een kort overzicht van Amundsen over de geschiedenis
van de exploratie van Antarctica en de aangrijpende beschrijving
van zijn tocht naar de zuidpool en terug.
terug naar literatuurlijst
|
|