Gaston
de Gerlache - Terug naar de zuidpool
De achterflap:
Velen menen dat een poolexpeditie tegenwoordig, nu de technische
uitrusting zoveel verbeterd is, geen groot avontuur meer
betekent. Wie dit reisverhaal van Gaston de Gerlache gelezen
heeft, denkt daar wel anders over.
De mannen van de Koning-Boudewijnbasis in 1958-1959 waren
ongetwijfeld van heel wat meer en volmaaktere hulpmiddelen
voorzien dan hun voorgangers van de Belgica, die
in de jaren 1897-1899, onder leiding van de vader van onze
auteur, aan de zuidpool overwinterden. Maar de nieuwe poolonderzoekers
hadden daar tegenover een wetenschappelijke taak op zich
genomen, die een hele reeks speciale problemen en bijzondere
risico's meebracht, en wel in verband met tochten met de
hondenslede of in 'sno-cats', verkenningen per vliegtuig
of per helikopter, eindeloze uren in de tent terwijl achter
de dunne linnen wand de sneeuwstorm raasde, geforceerde
marsen in het volkomen isolement van de onafzienbare ijsvlakte...
Een modere zuidpoolbasis betekent een gevaarlijke ontscheping
van vierhonderdveertig ton materiaal, bouw en organisatie
van een elektrische centrale en van een hele reeks wetenschappelijke
laboratoria, een ononderbroken waarnemingsactiviteit, om
de geheimen van dit ontzaglijk continent te ontsluieren.
Wij, die de poolcirkel wel nooit zullen overschrijden,
zullen door dit boeiend relaas van Commandant de Gerlache,
iets ervaren van de grootsheid die er van deze zuidpoolwereld
uitgaat, voor ieder die vatbaar is voor de bezieling van
het ontdekkersavontuur.
terug naar literatuurlijst
|
|