Op 1 december 1959 ondertekenden twaalf landen het Verdrag
van Antarctica: Argentinië, Australië, België,
Chili, Frankrijk, Japan, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, de Sovjet-Unie,
het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Zuid-Afrika.
Het verdrag trad op 23 juni 1961 in werking wanneer het
door alle partijen werd geratificeerd. Sindsdien ondertekenden
nog eens 38 landen het verdrag.
Het verdrag verbiedt militaire activiteiten of nucleaire
proefnemingen in Antarctica. Enkel wetenschappelijk onderzoek
is er toegelaten. Het verdrag verzekert eveneens dat tussen
de verschillende landen informatie en wetenschappers uitgewisseld
kunnen worden. Elk land heeft bovendien het recht om de
werkzaamheden van andere landen te inspecteren.
De 39 landen die het Verdrag van Antarctica ondertekenden
vertegenwoordigen meer dan 80 procent van de wereldbevolking
en het gaat zowel om grootmachten als om lage-inkomenslanden.
Niet alle landen hebben dezelfde status. Er zijn 28 "Consultative
Parties", landen die zich bezighouden met wetenschappelijk
onderzoek in Antarctica. Ook België en Nederland horen
hierbij. Daarnaast zijn er nog een aantal niet-stemgerechtigde
landen of "Non-consultative Parties". De volledige
lijst kan je op deze website raadplegen.
De bepalingen van het Verdrag van Antarctica kunnen
alsvolgt samengevat worden:
- Antarctica mag enkel voor vreedzame doeleinden gebruikt
worden. Alle militaire activiteiten zijn verboden. Militair
personeel en uitrusting mogen voor wetenschappelijk onderzoek
gebruikt worden.
- Vrijheid van wetenschappelijk onderzoek en samenwerking.
- Wetenschappelijke onderzoeksprogramma's, personeel,
waarnemingen en resultaten mogen uitgewisseld worden.
- Territoriale claims worden door het Verdrag niet erkend.
Zolang het Verdrag van kracht is, hebben nieuwe claims
geen geldigheid.
- Nucleaire proefnemingen en storten van radioactief
afval zijn verboden.
- De regels van het Verdrag zijn van kracht op al het
landijs en de ijsplateaus. De open zeeën vallen onder
internationale wetten.
- Elk land dat het Verdrag ondertekende, mag waarnemers
aanstellen. Zij hebben op elk tijdstip en in elk gebied
toegang om de gebouwen, installaties, uitrusting, schepen
of vliegtuigen te inspecteren of om luchtobservaties te
doen.
- De waarnemers genoemd in artikel 7 en de personen genoemd
in artikel 3 vallen onder de jurisdictie van het land
van herkomst.
- De lidstaten moeten elkaar regelmatig ontmoeten. Op
de bijeenkomsten wordt informatie uitgewisseld en moeten
beslissingen over het beheer genomen worden. De Consultatieve
bijeenkomsten moeten voor alle ondertekenaars die wetenschappelijk
onderzoek uitoefenen, toegankelijk zijn.
- De landen die het Verdrag ondertekenden verzekeren
dat ze geen activiteiten zullen uitoefenen die in strijd
zijn met het Verdrag.
- Een dispuut moet door de strijdende partijen zelf en
op vreedzame wijze worden opgelost. Indien er geen oplossing
gevonden wordt, zal het Internationaal Gerechtshof het
laatste woord hebben.
- Na 30 jaar mag iedere lidstaat om een conferentie vragen,
waarin de werkwijze van het Verdrag ter discussie wordt
gesteld.
- Het Verdrag moet na ondertekening door het land in
kwestie geratificeerd worden. Ieder land dat lid is van
de Verenigde Naties (VN) kan toetreden, alsmede die landen
die dit door de overige landen gevraagd wordt.
- De VN is de bewaarplaats van het Verdrag. De organisatie
zorgt voor gewaarmerkte kopieën voor de ondertekenaars.
Na het Verdrag van Antarctica kwamen er nog een aantal
aanvullende regelingen en verdragen die het witte continent
nog meer moeten beschermen. Alle verdragen samen vormen
het Antarctic Treaty System. Het lijstje (klik
op de naam van het verdrag voor de volledige tekst):
|