Deel
5: Gary, the famous skua catcher!
Antarctica beschikt, door zijn uitzonderlijke ligging,
over het meest geïsoleerde ecosysteem ter wereld. Er
is weinig of geen impact van vreemde origine die het natuurlijke
evenwicht zou kunnen verstoren. Nochtans heeft recent onderzoek
uitgewezen dat er enkele zwakke schakels in de ketting komen.
Zo heeft men bij het Antarctische pinguïnbestand een
verhoogde besmetting van een bepaalde pluimveeziekte vastgesteld.
Onze zwart-witte vrienden worden aan een voor hen vreemde
ziekte blootgesteld waar tegen hun immuniteitssysteem niet
bestand is. Het is dus logisch dat dit fenomeen, op termijn,
een niet te onderschatten bedreiging betekent voor het voortbestaan
van deze diersoort.
Fiere adéliepinguïn
met ei (© foto: Marc De Keyser)
De eerste, vrij logische reactie op de resultaten van dit
onderzoek was dat de toename van de menselijke activiteit
op Antarctica de oorzaak was van deze trend. Zoals iedereen
nu wel weet is het toerisme op Antarctica de laatste jaren
exponentieel toegenomen, en sommige van die organisaties
nemen het niet te nauw met de strikte milieuvoorschriften.
Voedselresten of ander menselijk afval worden meer en meer
achtergelaten op plaatsen die daar zeker niet voor bestemd
zijn en kunnen op die manier een haard van besmetting vormen.
Gary Miller is een Amerikaans bioloog die, een goede wetenschapper
zijnde, niet zomaar akkoord gaat met de stelling dat de
menselijke impact de oorzaak is van het verhoogde sterftecijfer
bij de pinguïns. Hij vindt het veel logischer dat de
grote jagers, of skua's zoals men ze in het Engels noemt,
de ziektekiemen overdragen. Zij hebben hun nesten op de
pinguïnkolonies en voeden zich met de eieren van de
pinguïns. Bovendien is de grote jager een trekvogel
die de winter doorbrengt in warmere oorden en hierdoor in
contact komt met voor Antarctica vreemde levensvormen. Redenen
genoeg voor Gary om via uitgebreid en gedetailleerd veldwerk
op zoek te gaan naar keiharde bewijzen. Omdat het gebied
rond Davis heel wat pinguïnkolonies telt, is het logisch
dat hij hier zijn werkterrein heeft gemaakt.
Sinds we vijf weken geleden hier aankwamen, trekt Gary
er iedere dag met zijn sympathieke assistente, Robyn, op
uit. Ik vroeg me reeds een tijdje af waarheen zij iedere
dag met hun beidjes reden. Toen Robyn me op een goede avond
vroeg of ik geen zin had om hen 's anderendaags te vergezellen
dan moest ik daar geen moment over twijfelen. Een dag in
haar gezelschap, vogels vangen, ja dat leek me wel wat!
Gary vangt een skua
(© foto's: Marc De Keyser)
Gewapend met een tot de verbeelding sprekend vangnet reden
we op onze quads naar het nabijgelegen Warriner Island.
Het eerste dat me opviel was de angstige blik in de ogen
van de grote jagers toen ze Gary met zijn vangnet zagen
opdoemen. En ik wist meteen waarom! Het net flitste heen
en weer en voor ze het beseften zaten ze gevangen in een
dwangbuis, trok Robyn hun bloed en nam ze uitstrijkjes.
Dan werden ze nog gewogen en gemeten, een ring aangeklikt
en dan konden ze terug beschikken. Via het bloed en de uitstrijkjes
kan men later bepalen of de skua besmet was met een bepaalde
virus of bacterie.
De skua wordt in een dwangbuis gestopt (©
foto: Marc De Keyser)
Robyn prikt bloed (© foto: Marc De
Keyser)
Gary weegt de skua
(© foto: Marc De Keyser)
Gary meet de snavel (© foto: Marc De
Keyser)
Naderhand worden hun kuikens ook onderzocht om te zien
als de ziekte erfelijk overdraagbaar is. Sommige exemplaren
worden voorzien van een zendertje zodat hun trektochten
tijdens de winter via satelliet precies gevolgd kunnen worden.
Op die manier hoopt Gary inzicht te krijgen op de wijze
waarop exotische ziektes overgebracht worden op Antarctische
pinguïns.
Skuakuikens (©
foto: Robyn Mundy)
Aangezien ik nog een eitje met de skua's te pellen had,
moest ik geen moment twijfelen toen Gary me voorstelde om
zelf eens het net ter hand te nemen. De dag voordien was
ik tijdens mijn dagelijkse loop in de Vestfold Hills onbewust
te dicht in de buurt van een skuanest gekomen waardoor ik
plots op een agressieve manier door twee van die grote bruine
vogels werd aangevallen... Nu was het mijn beurt om hen
het vuur aan de schenen te leggen! Sinds ik een aantal grote
jagers in mijn netten heb gestrikt, kan ik zonder problemen
rondlopen in de Vestfold Hills en ben ik daar beter gekend
als "Marc, the fear of the skuas".
Marc, the fear of the skuas
Marc De Keyser, 29 december 2003
Volgende
pagina |
Terug naar inhoudstafel |
|