Dwergvinvis
Wetenschappelijke naam: Balaenoptera acutorostrata / Balaenoptera bonaerensis
Engelstalige naam: (Antarctic) Minke whale
Aantal: 300.000 tot een miljoen.
Beschermingsstatus: Veilig (IUCN, 2008)
Waar te vinden: De dwergvinvis komt waarschijnlijk op het gehele zuidelijk halfrond voor, en kan worden aangetroffen van de polaire tot de tropische wateren. Hij komt voornamelijk voor in kustwateren, onder andere in de wateren rond Antarctica en de Australische kust, maar wordt ook op open zee waargenomen. Rond Antarctica komt hij voor tot de rand van het pakijs. De dwergvinvis is vooral 's zomers rond Antarctica te vinden, waar de voedselgronden liggen. De winter, het voortplantingsseizoen, brengen ze verder noordwaarts door, tussen de 7° en 35° zuiderbreedte.
Lengte: 7 tot 11 meter
Gewicht: 6 tot 10 ton
Uiterlijke kenmerken: De dwergvinvis is, op de dwergwalvis na, de kleinste baleinwalvis. Hij wordt maar 8 meter lang en 6 tot 8 ton zwaar. Omdat hij minder gewicht moet meeslepen, is de dwergvinvis redelijk snel. Hij valt op door zijn donkere rug, zijn witte buik en de witte band op de borstvinnen. Hij heeft een smalle, platte kop. De dwergvinvis is een baleinwalvis. In zijn mond heeft hij geen tanden. In zijn bovenkaken hangen 240 tot 360 donker gekleurde baleinplaten.
Dwergvinvis (foto: Martin Cathrae)
Voortplanting: Anders dan de grotere vinvissen die slechts om de 2 of 3 jaar paren, zijn er tekenen dat dwergvinvissen waarschijnlijk een jaarcyclus hebben. Bij geboorte zijn de baby's 2,4 à 2,8 meter. Ze worden 5 maanden gezoogd. Dwergvinvissen zijn geslachtsrijp wanneer ze 7 of 8 jaar oud zijn.
Voedsel: Vooral vis en krill.
Bedreigingen: Ondanks het moratorium op walvisjacht in 1986 hebben Japan en Noorwegen het onder het mom van wetenschappelijk onderzoek gemunt op de dwergvinvis. Walvisvlees is in deze landen een lekkernij voor de rijken. Vele organisaties en landen hebben al herhaaldelijk geprotesteerd tegen de Japanse walvisjacht in het zuidpoolgebied. Andere bedreigingen zijn onder meer de klimaatsverandering en de sonar van marineschepen.
Weetjes:
- De Antarctische dwergvinvis (Balaenoptera bonaerensis) wordt door de ene wetenschapper beschouwd als een ondersoort, door de andere als een aparte soort. De gewone of noordelijke dwergvinvis (Balaenoptera acutorostrata) zwemt niet verder dan 60° zuiderbreedte. De Antarctische dwergvinvis waagt zich iets zuidelijker. Bij hem ontbreekt de witte band op de borstvinnen. Hij is ook iets groter.
- Dwergvinvissen worden 30 tot 50 jaar oud.
- Dwergvinvissen halen snelheden tot 16 knopen.
Meer info:
|